RSC/Belgisch Park 1 – Haeghe Ooievaar 1 : 5 – 3
Aan het begin van de avond wist de wedstrijdleider nog te melden dat de beide teams in wedstrijd- en bordpunten exact gelijk stonden. Een 4-4 gelijkspel zou aan die situatie recht gedaan hebben. Zoals u uit de titel van dit stukje al had kunnen afleiden zat dat er voor ons helaas niet in …
Dat het in deze Scheveningse wijk moeilijk een parkeerplek in de buurt te vinden is ondervonden vooral onze 2 staartspelers. Ruim 20 minuten te laat konden zij pas aan het bord plaatsnemen. Jan had daarbij nog het geluk dat zijn tegen-stander zo galant was om eerst nog een tijd alleen de eigen klok te laten lopen.
De eerste beslissing viel aan bord 6 waar de witspeler op een vol bord een paard offerde voor 2 pionnen. Het dreigende pionnencentrum deed Aad met zwart besluiten om zo snel mogelijk het stuk weer terug te geven. Bij de uitvoering maakte hij een rekenfout en kon direct erna de stok strijken.
Niet veel beter verging het Theo op bord 7. Bij mijn eerste rondje langs de borden had hij met wit een groot ruimtelijk voordeel opgebouwd. Bij mijn tweede rondje bleken de ver vooruitgeschoven pionnen eerder zwak dan sterk te zijn. Eén pion achter werden er – zeker met achterstand op de klok – snel meer. Verliespartij 2.
Hoe verging het de twee invallers? Willem (wit) op 5 had met behoedzaam spel een pion gewonnen. Na een grote stukkenruil had hij in een paardeindspel nog steeds dat ene pionnetje meer. Mede uit respect voor Elo’s van zwart én omdat hij niet een winstpad zag ging onze man akkoord met remise. Toch een prima resultaat.
Jan (zwart) ondertussen had ten koste van een stuk alle witte pionnen van de damevleugel ‘weggevreten’. Ook de witte koning in het centrum oogde kwetsbaar. Met een paardoffer op f7 (waar anders) probeerde wit tegenspel te maken. Had Jan nu maar gezien dat hij middels een tussenschaakje op c7 het paard met de dame kunnen pakken – met goede kansen. Hij pakte echter met de koning waarna deze het centrum in werd gejaagd. Dit werd zijne majesteit te veel. Verliespartij 3.
Een zeer magere ½ uit 4 aan de onderste 4 borden, konden bord 1-4 hier nog iets tegenoverstellen? Vanaf mijn positie op bord 2 had ik goed zicht hoe het Stefan (1) en (de andere) Theo (3) verging.
Stefan speelde met wit een Réti zoals Réti het zelf bedoeld had: het zwarte centrum aanvallend vanuit de flanken. Zwart verslond zeeën van tijd. Na 13 zetten had Stefan al meer dan een uur meer op zijn klok dan de tegenstander. Daarnaast ook al een pionnetje verorberd. Toen eindelijk het witte centrum wel
in beweging kwam was er voor zwart geen houden meer aan. Ons eerste volle punt.
Bij Theo (3) ging het beduidend minder soepel. Bij de zwarte opstoot op de damevleugel bleken de witte stukken net niet goed te staan. Pionnetje kwijt. Wellicht was in plaats van dameruil op d5 de zet Tfd1 een betere keus geweest. Nu volgde een grote afwikkeling waar wit het loperpaar kwijt raakte. De witte koning moest in het centrum blijven om de zwarte pionnen in bedwang te houden. Zwarte snoepte daarop bijna alle witte pionnen op de koningsvleugel. Als enige troef had wit nog een verre vrije a-pion. Zwart moest voor deze laatste wel zijn loper geven, maar uiteindelijk bleek de witte loper geen partij voor de zwarte pionnenmassa. Weer een partij – en daarmee de wedstrijd – verloren.
Ondergetekende was tussendoor bezig met een echte duw- en trekpartij. Pas na 1½ uur werd het eerste materiaal geruild. Mijn initiatief op de koningsvleugel liep minder soepel dan verwacht, terwijl de inval van de witte toren op de a-lijn venijniger uitpakte. Mijn paardoffer (tegen 2 pionnen) was uit nood geboren – om niet langzaam weggedrukt te worden. Het leverde mij enig initiatief op en wit begon steeds langer na te denken. Mijn koning moest erg oppassen niet pardoes mat gezet te worden. Met beiden minder dan 5 minuten op de klok zag de wit-speler geen concreet winstplan en met 3 maal dezelfde stelling werd de vrede getekend. Een gelukkige ontsnapping.
Zoals wel vaker was Maurits nog als laatste bezig. Dit leverde veel bekijks op, ook al stond er niks meer op het spel. In een dichtgeschoven stelling met net wat meer mogelijkheden voor wit – en met wederzijdse tijdnood – probeerde Maurits met zwart een doorbraak te forceren. Boemerang! Grote afruil en een witte pion op a7. Heeft zwart nog een eeuwig schaak met zijn dame? Wit doet een onregelmatige zet, zwart krijgt er 2 kostbare minuten bij (al had de wedstrijd-leiding er bijna 5 minuten voor nodig om de klok goed te zetten). Wit haalt alsnog een extra dame. Twee dames lijkt een luxe, maar is (psychologisch) moeilijker mee te spelen dan je denkt. Eén offert zich op om de zwarte verdediging rond de koning onschadelijk te maken. Wit heeft nu (nog maar) een hele toren meer, maar zwart heeft inmiddels ook een vergevorderde pion op de f-lijn. De resterende witte dame komt even niet verder dan schaakjes geven. Zit er nog meer in? Dame neemt op g5 met schaak! Dame slaat dame, auw! Pion bleek gedekt te staan. Maurits wint – mede door zijn vasthoudendheid.
Eindstand 5-3 voor de thuisploeg. Later deze maand (30 januari) is ronde 5. Thuis tegen Promotie 3, hopelijk met voor ons meer succes.
RSC-Belgisch Park 1 1846 – Haeghe Ooievaar 1 1766 5 – 3
1 g C. Groen 1807 – c Stefan Bekker 2299 0 – 1
2 c G. Milort 2008 – g Henk van Huizen 1921 ½ – ½
3 g J. Kanters 2000 – c Theo van Orsouw 1736 1 – 0
4 c G. Werkhoven 1833 – g Maurits Bons 1773 0 – 1
5 g J.A. v/d Zijden 1823 – c Willem de Groot (i) 1646 ½ – ½
6 c A.Q. v/d Zijden 1821 – g Aad van Eijk 1583 1 – 0
7 g A.J. v/d Toorn 1699 – c Theo van der Pol 1557 1 – 0
8 c D. Wareman 1778 – g Jan de Liefde (i) 1609 1 – 0
Henk van Huizen, Den Haag 2019